Overslaan en naar de inhoud gaan
Terug naar Voor slachtoffers van seksueel misbruik en seksueel geweld

Stel de vraag (Hoofdstuk uit mijn boek)

De vraag

Welke vraag? Hoe gaat het? Hoe was je week? Wat speelt er? Hoe komt het dat je je zo somber voelt? Wat kan ik voor je betekenen? 
Nee! Nee! Nee! 

Hulpverleners wachten. Wachten op het moment dat je zelf gaat praten. Praten over het feit dat je jarenlang seksueel misbruikt, verwaarloosd, uitgebuit of op een andere manier met geweld te maken hebt of hebt gehad. Werkt dit? 
Nee! 
Althans voor velen niet. Bang om niet geloofd te worden. Schaamte en schuld spelen ook een grote rol. Net als de dreigende woorden of daden van de dader. 

Waarom stellen professionals dé vraag niet? Ik zal je eerlijk zeggen: het antwoord daarop moet ik je verschuldigd blijven. 
Meiden, vrouwen, jongens en mannen vertellen het niet uit zichzelf. Misschien een enkeling. 

Vanaf mijn 14e levensjaar ben ik onder behandeling. Ik hield vrijwel altijd mijn mond. De enige woorden die ik uitsprak waren: ja, nee en ik weet het niet. Op een gegeven moment werd er een afspraak gemaakt: iedere keer dat ik 'ik weet het niet' zei, moest ik een dropje in de pot doen. Je begrijpt natuurlijk wel dat ik na een aantal keren altijd een zak drop bij me had. Maar nooit dé vraag.

Vlak voor mijn 25e (ik verbleef bij Fier) was er een mentor waar ik het goed mee kon vinden en waar ik mee kon lezen en schrijven. Ze vroeg hoe het vroeger thuis was en ik reageerde wat nonchalant. Ze keek me recht in de ogen aan en stelde dé vraag. Ben jij vroeger misbruikt? En ik knikte. 

Was ik haar niet tegengekomen, wie had dé vraag gesteld? Zelf was ik er nimmer over begonnen. Dan bleef verstrengeld in een fuik van suïcide pogingen en opnames op de gesloten afdeling. Wachtend op die keer dat het wél zou slagen en ik eindelijk de rust zou krijgen waar ik zo naar verlangde. Geen nachtmerries meer, geen flashbacks constant, geen dissociaties meer, geen slapeloze nachten en zware depressies met alle gevolgen van dien. Watertrappelen en constant een masker op.

Hulpverleningsland wees niet bang om dé vraag te stellen. Heb het lef om de vraag te stellen. Wees niet bang voor het antwoord! De gevolgen zijn enorm voor dat meisje, die vrouw, jonge of man als ze met zo'n gigantisch geheim rond blijven lopen of zich nog in de situatie bevinden. Er was ooit een mentor, Henk was zijn naam, die bleef maar herhalen: delen is helen! Vermijden is lijden!
Hij had gelijk. 

Ik zeg daarmee niet dat het gemakkelijk is, want ook ik heb nog een lange weg te gaan. 
Huilen, in elkaar zakken, alles kwam en komt voorbij, maar ik ben open geweest. Ik hoef niet langer te zwijgen. Stukje bij beetje vertel ik steeds meer. Pijnlijk? Ja! Maar stapje voor stapje gaat het beter. Ik heb kort geleden een lotus laten tatoeëren: een lotus groeit uit de modder, donkere, vieze water omhoog om uiteindelijk uit te bloeien tot een prachtige bloem. Dit kan symbool staan voor het doormaken en overwinnen van een moeilijke periode in iemands leven. Ik wil leven en niet meer overleven.

Stel dé vraag!

Groetjes H.o.p.e      

 

Meer lezen? Mijn Boek is hier te bestellen; https://www.bol.com/nl/p/op-reis/9200000128160155/?promo=main_803_VIOT_B3_product_0_

 

Bezig met laden...

1 Reactie *

04 april 2020
Dag h.o.p.e, Wat is bovenstaande herkenbaar. Ik loop ook al járen in de hulpverlening. En ik kwam geen steek verder. De hulpverleners die ik heb gehad vroegen ook nooit verder. Idd, ik zei ook alleen maar ja en nee. En nu heb ik eindelijk een hulpverlener die de dingen bij de naam noemt en niet bang is om door te vragen. Éindelijk kan ik de dingen gaan verwerken. Dat gaat idd stapje voor stapje en dat geeft niet als ik er maar kom. Ik roep met je mee: hulpverlener vráag én...luister!! H.o.p.e, bedankt!! H Gr parel.